Mijn naam is Monique Vertriest. Ik ben woonachtig in Brugge. Al jaren ben ik cursist van het CVO SG. Ik heb meerdere textiele handwerkcursussen en ook computer gevolgd. Voordien volgde ik weven in het VTI-Roeselare, het huidige CVO Roeselare-VIVO.
Tijdens het infomoment van het CVOSG kreeg ik interesse voor naaldkant. Het fascineert me hoe je met naald en draad zo een mooi fijn resultaat krijgt.
In september ben ik gestart en ik heb mij alvast ingeschreven voor het volgend schooljaar. Naaldkant beoefen je met veel geduld maar je krijgt er wel iets unieks voor !!!
Een dergelijke sjaal doet me dagdromen. Hij is antiek maar ook toch actueel draagbaar. Ik droom ervan om ter gelegenheid van een trouwfeest of mijn huwelijksverjaardag een dergelijke sjaal te dragen. Een sobere japon met een gestroomlijnde snit en dan de sjaal als sierelement…Wie weet…
Het is inderdaad een prachtig stuk. Dit is een gemengde kant. Een naaldkant geappliqueerd op een machinale tule. Het object wordt gecatalogeerd onder het nummer 321 110 000.
De kant is een geluste naaldkant, een Brusselse gaaskant. We maakten in het verleden reeds kennis met die kantsoort (15 maart 2017). Omdat een sjaal een groot object is (72 cm/255 cm) wordt de kant gecombineerd met een mechanische tule.
De machinale tule is ontstaan in het midden van 19e eeuw
en was dus zeer modieus in 1825-1875, de periode waarin die sjaal is gemaakt.
Als je de sjaal wat nader bekijkt is het gemakkelijk te zien dat de naaldkant op de tule bevestigd is. De tulebasis loopt immers achter de naaldkant door. De motieven werden oorspronkelijk op de tule bevestigt door ze erop te naaien, later werden ze ook gekleefd. Er werd gekozen voor een fijne katoenen tule van 5 mazen/cm hoog bij 7 mazen breed.
De sjaal is rechthoekig. De beide uiteinden zijn rijkelijk versierd, de
zijranden zijn soberder afgewerkt. Sierlijke bloemmotieven en gebladerde
decoreren de sjaal. De onderrand bestaat uit aaneengesloten bloemen en
gebladerte naar boven toe wordt het motief ijler. Het rapport is 19 cm breed en
23 cm hoog en herhaalt zich 4 maal. Er zijn geen zaaimotieven aangebracht op de
op de tule.
Medewerking:
Tekst & expertise: Bie Geers, docent kant CVOSG-Brugge
Fotografie portret: Daphne Titeca, docent fotografie CVOSG-Brugge
Fotografie object: Daphne Titeca, docent fotografie CVOSG-Brugge
Fotografie object: Daphne Titeca, docent fotografie CVOSG-Brugge
Nazicht catalogusnummering: Aline Geers
Sociale media: Joke Knockaert, adjunct-directeur CVOSG-Brugge
Stylist: Iris Arickx, docent mode & schoonheidszorgen CVOSG-Brugge
Juwelen: Francine Helewaut, docent juwelen CVOSG-Brugge
Teksten nalezen: Herwig Deconinck, adjunct-directeur CVOSG-Brugge
Voorstelling kantwerk: Monique Vertriest, cursist naaldkant CVOSG-Brugge
Objecten: Collectie Bie Geers inv. nr 322 130 000-01
Objecten: Collectie Bie Geers inv. nr 322 130 000-01
